. Beschouwing der Wereld . e zal gefloten hebben ; en gyzult beginnen binten te ft aan ; en aan de deur e tekloppen , zeggende , Heet erUeer e, doet ons open,en hy zal antwoorden en tot u zeggen , Ik en kenmu niet, van waar gy zyt: Als dan zult gy beginnen te zeggen, Wy hebbenin uwe tegenwoordigheid gegeeten en gedronken, engy hebt in onze ftraaten geleerd. En hy zal zeggen, Ik zegge u, ik en kenne u nietvan waar gy zyt: wykt van my af alle gy werkersder ongerechtigheid. Aldaar zal zyn weeninge en knerfinge der tandenwanneer gy zult zien Abraham, en Izaak, en Ja-hb , en alle de Propheet en in
. Beschouwing der Wereld . e zal gefloten hebben ; en gyzult beginnen binten te ft aan ; en aan de deur e tekloppen , zeggende , Heet erUeer e, doet ons open,en hy zal antwoorden en tot u zeggen , Ik en kenmu niet, van waar gy zyt: Als dan zult gy beginnen te zeggen, Wy hebbenin uwe tegenwoordigheid gegeeten en gedronken, engy hebt in onze ftraaten geleerd. En hy zal zeggen, Ik zegge u, ik en kenne u nietvan waar gy zyt: wykt van my af alle gy werkersder ongerechtigheid. Aldaar zal zyn weeninge en knerfinge der tandenwanneer gy zult zien Abraham, en Izaak, en Ja-hb , en alle de Propheet en in het Koningryke Gods,maar u lieden buiten uitgeworpen. Openbaaring XXII: 14,1?. Zalig zyn ze die zyne geboden doen, op dat haaremacht zy aan den boom des levens, en zy door depoorten mogen ingaan in de Stad. Maar buiten zullen zyn- de honden, en dé tove-naars., en de hoereerders, en de doodjlagers, en deafgoden-dienaars , en een iegelyk die de leugen liefheeft en doet. N 5 Het jp4 BESCHOUWINGHet MOOI wyft De HE E RE is myn Herder, my en zal niets ont-breeken. Hy doet my neder liggen in grazige weiden ;by -voerd my zacbtkens aan zeer jiille wateren. Hy ver-pakt myne ziele ,• by leid my in bet fpoor dergerecbtig-i>eid> om zyns Naams wille, Pïalm XXIII: i ,2,,?- Het dee WERELD, IP5 Het Blikje, is een Slikje. A Is t mooije weertje zich bereid,En t overblyfzel van de koude, Doorbalfemd met gemaatigtheid,Om de Evenaar gelyk te houden: Terwyl het heider hemels blaauw,Van wolk gordynen onhefchooven, Niet al te heet, noch al te flaauw,Het zonne-fchyntje geeft van boven; Zo als de groene water-kant,Bequaam om zachtlyk langs te treeden Met fchoone bloemen dicht beplant,Zich helder fpiegeld, na beneden: Wat zegd het? Wie verflaat zyn fpraak?t Gemoed, dat uit het ilof verheven Doeld op de wezentlyke zaak,Van recht genot voor t roenfchlyk leven: Die isteenboo, vant Eeuwig goed,En zegd hem wat hy zal genieten, . Aan de eedle Oorfprong dezer vloed,Die in het zichtbaa
Size: 1517px × 1647px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorluikenjan16491712, bookde, booksubjectemblembooksdutch
