. Vorstelijcke warande der dieren : waer in de zeden-rijcke philosophie, poëtisch, morael, en historiael, vermakelijck en treffelijck wort voorgestelt : mit exempelen uyt de oude historien, in prose . s borgers huys by duyfter nacht gebroken ,Van d huys-bewaerder Hond ontdekt werd en geroken:Dies hy in lijfs gevaer den Hond aenbood ter nood yIndien hy t blaffen ftaeckte, een lecker t aldertroufte beeft, zijn ampts en plichts gedachtigh yAl blaffende verhief zijn ftemme lancx hoe krachtigh:Op weckende t gezin luyds-keels met groot gerucht,En dreef met defe ftem den Roover op


. Vorstelijcke warande der dieren : waer in de zeden-rijcke philosophie, poëtisch, morael, en historiael, vermakelijck en treffelijck wort voorgestelt : mit exempelen uyt de oude historien, in prose . s borgers huys by duyfter nacht gebroken ,Van d huys-bewaerder Hond ontdekt werd en geroken:Dies hy in lijfs gevaer den Hond aenbood ter nood yIndien hy t blaffen ftaeckte, een lecker t aldertroufte beeft, zijn ampts en plichts gedachtigh yAl blaffende verhief zijn ftemme lancx hoe krachtigh:Op weckende t gezin luyds-keels met groot gerucht,En dreef met defe ftem den Roover op de vlucht:Zoude ick omt fnood genot u diefte en boosheyt helen,En trouweloos alzoo mijns Heeren goeden ftelen >Of door begeertens brand om winft my toegezeydU veylen t goed gerucht van mijn getrouwigheyt ?jVliet Roover: packt u wech: verziet u voor mijn fchelden:Mijn eere is my te weert, u munt wil hier niet gelden.„ Dees fabel ftelt ten toon de fchult en plicht oprecht„ Van een getrou gemoed en vroom rechtvaerdig knecht;;, Die s heeren haef befchut en voorftaet als zim eygen,i, Noch om geen giften zal tot trouweloosheyd neygen. 29 Warande der ). ^Den Hont op V hoy, en den GElijcken aerd hadde Ttolemeus de Coning in Cypers. Dcfckarige fielt had grootenfehataengoudt, iil ver en geld, engaf nochtans den nootdruftigen niet met allen, nochengebruyk-te oock fulcks niet voor hem felven. En op dat niemant daer vante bet föude hebben, fop droegh hy al t goudt ende geldt in eenfchip, deed het doorboren endefincken. Valerius Maxi-mus. XXIX. HEt krom-gehoornde beeft dcnhoy-bergh hongrigh raecktcDaer eenen grauwen T>og zijn bedde en neft af maekte:Die als hy werd gewaer de komft des grooten Stiers,Heeft hy hem afgeweert van t hoy met veel getiers :Dies heeftt verhongert dier zijn droeve ftem verheven,loemacker! gunt my t hoy, en houd myby den leven;T is t eygenft dat ick heb, ghy hebt geen hoy van doen:Hoy boet u honger niet, noch t kan geen Honden voê zegh


Size: 1724px × 1449px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookdecade1680, bookidvorstelijckewara82vond, booksubjectemblems