. Proteus, ofte, Minne-beelden verandert in sinne-beelden . ttora tuta, timidufque martCredere cjmbam, renteterrasB report tegit^ c Ovid. Rede mihi, bene qui lat uit bene vixit, ér intrfcfortunam debet quifque manere [utm. Ghj GHy, die hier het tangherrietVanden wint gedreven fiet,Syt verbaeft en vraeght het myWat hier van de reden zyDat het riet niet metter daetIn het water nederflaet,Dat het niet in ftucken fpringhtAls de wintfoo vinnigh dringht,Daer nochtans een eyke ftam,Die fchieraen den Hemel quams1 icht ter aerden vvert gerucktLicht terneder vvert daer henen wort gedray t
. Proteus, ofte, Minne-beelden verandert in sinne-beelden . ttora tuta, timidufque martCredere cjmbam, renteterrasB report tegit^ c Ovid. Rede mihi, bene qui lat uit bene vixit, ér intrfcfortunam debet quifque manere [utm. Ghj GHy, die hier het tangherrietVanden wint gedreven fiet,Syt verbaeft en vraeght het myWat hier van de reden zyDat het riet niet metter daetIn het water nederflaet,Dat het niet in ftucken fpringhtAls de wintfoo vinnigh dringht,Daer nochtans een eyke ftam,Die fchieraen den Hemel quams1 icht ter aerden vvert gerucktLicht terneder vvert daer henen wort gedray tAller maer een ftooker vvayt ; Hoort de reden, lieve vrientrDie voor u geweten dient,-Wat niet inder hooehte vvaftDat en lyt als geenen laft,Dat en wort niet licht gequelt,Dat en wort niet hacft gtvelt,Door de krachten van de luchtDaer van menigfr rotiè lucht : Soo het dan noch opte mactMette winden overgaetSoo en heeftet geenen nootVan te vallen inde flootWant ( gelijck de daet betuyght)Selden breed het datter buy ght. # Fff 3. SAl m SAL SISTIT EVNTEMe. Gruter. {ec detrahai nec detrabtntes audits. Chryfoft. SI qui* te pratereante fterctts cemmotteat, hoc facientem nonne ctntinuosonuitio &&nmeiia afftcias ? hoc fa fy tirca de t rafler es non enimfic cmmetum j «w centrijlare (jr txturbarefilent. E que anime ferre obtreBantes non facat cuifzfuA fièrent illimfœtorefufcipiente cartilaa- nemp:rcelitt (tout aliéna peccata, excujfa&<vita inpura prodita andientium ani- AL< Ats de fleekecoomt gekropenHier en ginder door het huys PTis arlmcthaerflijmljedropen,, Niet een kamer blijfter kuys ;Maer de middel is te vinden Omhet vuyl, het leelick dinghOp te fchorfen, in te binden, Dat het niet te verr en gihgh :Men behouft maer fout te krijghen Datmen op fijn leden ftroit,S trax foo fal het neder fijghen, Als het ys wanneer het doit-Als de luft u eoomt bekoren En ukruyptontrent;het brein, (Geeft den moet doch niet verloren;, Maerbewaert u leden reyn,Uythacr vtjyl is wel te c
Size: 1538px × 1625px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorvenneadriaenpietersz, booksubjectemblems, bookyear1627