. Oud-Nederlandsche steden in haar ontstaan, groei en ontwikkeling. ene weel-derig ingerichte stichting, ver-loren die beide, daarbij maar alte dikwerf meer aan innerlijkgehalte, dan zij uiterlijk daarbijgewonnen hadden. Meer dan ooit voorheen moestnu het Godshuis getuigen,moest het blijk geven van de offervaardigheid der parochianen; het meerbescheiden offer van vroeger, toen in hoofdzaak dienend om nuttigestichtingen in het leven te roepen en te onderhouden, maakte nu plaatsvoor grootere en meerdere offers aan het Huis Gods en den dienst besteed,en in bijna elke Stad, met eene toenemende bev
. Oud-Nederlandsche steden in haar ontstaan, groei en ontwikkeling. ene weel-derig ingerichte stichting, ver-loren die beide, daarbij maar alte dikwerf meer aan innerlijkgehalte, dan zij uiterlijk daarbijgewonnen hadden. Meer dan ooit voorheen moestnu het Godshuis getuigen,moest het blijk geven van de offervaardigheid der parochianen; het meerbescheiden offer van vroeger, toen in hoofdzaak dienend om nuttigestichtingen in het leven te roepen en te onderhouden, maakte nu plaatsvoor grootere en meerdere offers aan het Huis Gods en den dienst besteed,en in bijna elke Stad, met eene toenemende bevolking, werden nu dekerken verbouwd en vergroot of door nieuwe van buitengewone afmetingvervangen. Het kreeg nu wel iets van een onderlingen wedijver, zoowel tusschende Steden, als tusschen de verschillende parochies in die Steden onderling,welke harer de grootste of prachtvolste kerk, den hoogsten of sierlijkstentoren, het rijkste of kunstvolste ameublement, het voltalligste of wel-luidendste klokkenspel, enz. zou bezitten, terwijl terzelfdertijd vele kloosters,. Afb. N°. doopvont in de O. L. Vrouwe Kerk te Breda. KERK EN KLOOSTER ONDERGAAN DEN INVLOED DER WELVAART. 11 rijk aan grondbezit en inkomsten geworden, hun eenvoudige verblijvenvervingen door ruimere kerken, betere zalen, grootere panden of gangen,en door in allen deele met meer smaak en zorg en op meerder levens-gemak berekende gebouwen met sierlijke tuinen en boomgaarden l). ) Op duidelijke wijze spreekt de toenemende grootte der kerkgebouwen en vanhet daarin voor den dienst bestemde gedeelte, het koor, uit de op achterstaandeplaat I, op éénzelfde schaal gegeven plattegronden. Terwijl de stad Groningen, in de eerste helft der XIIIJe eeuw zich eene tweedeparochiekerk, haar Sint-Mcerten bouwend, daarvoor meende te kunnen volstaan meteen gebouw, lang binnenwerksch (met inbegrip van den ingebouwden toren) M1.,breed M., in totaal groot ± 1120 M2., zie plaat I afb. N°. 157, en bij den bouw eene
Size: 1338px × 1868px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookdecade1900, booksub, booksubjectarchitecture
