. De bykorf des gemoeds : honing zaamelende uit allerley bloemen : vervattende over de honderd konstige figuuren : met godlyke spreuken en stichtelyke verzen . en. Want die tot God komt gehoven dat hys, en een helooner is der geene die hem zoeken. En Vers 3^, ,3^. Enwat zal ik noch [meer] zeggen ? /Vantdetydzal my onthrecken, zoude ik zerhaalen ian Gedeon^[en Barak j en Sampfon^ enjefta^ enDavid^ enSamuel, en de Profeeten: Welke door het geloove Koningryken hellen ovef^*wonnen , gerechtigheid geoefend , de IclofteniJJen■■ \verkreegen , de ynuilen der leewjjen toe geflopt:t f De kracht des


. De bykorf des gemoeds : honing zaamelende uit allerley bloemen : vervattende over de honderd konstige figuuren : met godlyke spreuken en stichtelyke verzen . en. Want die tot God komt gehoven dat hys, en een helooner is der geene die hem zoeken. En Vers 3^, ,3^. Enwat zal ik noch [meer] zeggen ? /Vantdetydzal my onthrecken, zoude ik zerhaalen ian Gedeon^[en Barak j en Sampfon^ enjefta^ enDavid^ enSamuel, en de Profeeten: Welke door het geloove Koningryken hellen ovef^*wonnen , gerechtigheid geoefend , de IclofteniJJen■■ \verkreegen , de ynuilen der leewjjen toe geflopt:t f De kracht des vutirs hellen uitgellufl, de fcherp-; te des zwaards zyn ont-olooden, uit zwakheid krach-ten hellen gekreegen , in den kryg fterk geworden zyn 5 hellen heirlegers der weemde op de vlugt, gelragt: De vrouwen hellen haare dooden uit de opflan^dinge [weder] gekreegen : en andere zyn uitgerektgeworden , de [aangelodene] verlojjïnge niet aan^*neemende , op dat zy een heter opftandinge verkry*gen zouden. OpenbaaringeXXI: 7. Die overwind zal alles le-er^ven: en ik zal hemeen God zyn , en hy zal my een zoone zyn. De c^S DeBYKORF De post. Snel tot voordcel. IL De HEERE is nahy allen die hem aanroepen: allendte hem aanroepen in der waarheid. Hy doet het wel-behaagen der ge ener die hem vreezen i en hy boord haargeroep, en-verloftze. PfalmCXLV: i8,19. De DES GEMOED S, De Snelheid is wel zy i na weiheid ff oed. 59 G y gaat wel fnel, by dag en nacht,Op dat de zaak , van groot belangc , Heel fpoedig over werd gebragt,En ider haafl befcheid ontfange. Maar , wegens dallergrootfte zaakDaar elk het meefl aan leid gelegen, Op dat men t, als een doelwit raak,Maakt fnelheid , noch veel korter wegen. Zo dra als ik , aan t hoogfte hofMyn zuchten en gebeden zendc, Zo dra zy trekken van my of, Zo dra is haaren weg ten ende. Hoewel zy gaan zo ver en wyd,Voor t duifter oog van onze zinnen. Doch wyl het is in dEeuwighcid,Zo iser Einde, noch Beginnen. Want, daar men aanroept om gehoor,Onaang


Size: 1641px × 1523px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bo, bookauthorluikenjan16491712, booksubjectemblems, bookyear1711