. Onze vogels in huis en tuin . n boomholen of tusschen takken. In het eerste geval wordt hetslechts half voltooid en kan dan bijna geen eigenlijk nest genoemd worden; tus-schen takken daarentegen wordt het vrij goed afgewerkt. Het bestaat uit heide,dunne takjes of worteltjes, die luchtig over elkander gelegd zijn, waardoor hetmin of meer veerkrachtig is. De eijeren, drie a vijf in getal, hebben veel over-eenkomst met die van den Ekster of van het Kouwtje (Corvus monedula). De jongenzijn aanvankelijk schier zonder dons en hebben eene zeer doorschijnende huid,zoodat zij er bijna geheel rood uit


. Onze vogels in huis en tuin . n boomholen of tusschen takken. In het eerste geval wordt hetslechts half voltooid en kan dan bijna geen eigenlijk nest genoemd worden; tus-schen takken daarentegen wordt het vrij goed afgewerkt. Het bestaat uit heide,dunne takjes of worteltjes, die luchtig over elkander gelegd zijn, waardoor hetmin of meer veerkrachtig is. De eijeren, drie a vijf in getal, hebben veel over-eenkomst met die van den Ekster of van het Kouwtje (Corvus monedula). De jongenzijn aanvankelijk schier zonder dons en hebben eene zeer doorschijnende huid,zoodat zij er bijna geheel rood uitzien. Zij worden door de beide ouden metrupsen, wormen, alsook met bezien grootgebragt. De voorwerpen, die wij in gevangen staat aantreffen, zijn in den regeljong uit het nest gehaald. Zij worden zeer mak, zelfs brutaal, en nemen gaarneallerhande zaden en gekapt vleesch tot voeding. Bij goede behandeling leeren zij,even als de Raaf en vele andere vogels, eenige woorden klappen, zonder dat menhun den tongriem behoeft te I DE EKSTEE. PICA VARIA. De Ekster is een kraaiachtige vogel. Ofschoon vroegere ornithologen haar alseene kraaijensoort beschouwden en dan ook Corvus pica noemden, wordt thanserkend, dat zij een eigen geslacht vormt, waarvan het geringe aantal soortenzich inzonderheid door kortere vleugels en langeren staart van de eigenlijkeKraaijen onderscheiden. In t Noorden van Europa komt de Ekster menigvuldiger voor, dan in deZuidelijker gelegen streken. Hier te lande wordt zij in vrij groote menigte aan-getroffen, en kan als een standvogel worden aangemerkt, omdat van de bij onsuitgebroeide voorwerpen slechts eenigen wegtrekken of rondzwerven. Er bestaat bij dezen vogel geen uiterlijk verschil in kleur of stemgeluid tus-schen de seksen; alleen hebben de mannetjes, vooral in het voorjaar, soms glan-ziger vleugel- en staartpennen. Ook de jongen vertoonen hetzelfde vederkleed;zelfs als hunne vederen nog maar ten halve zijn uitgegroeid, is de fraaijemetaalglans reeds


Size: 1290px × 1937px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1800, bookdecade1860, bookidonzevoge, booksubjectbirds