. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 10. LILIACEAE. â 265 Biologische bijzonderheden. De schuin of horizontaal staande bloemen spreiden zich wijd uit. Zij zijn onvolkomen protero^ynisch. De met «rijs stuifmeel bedekte helmknopjes staan met den Kcüjktijdi),' ontwikkelden stempel op dezelfde hoogte, maar ver er van daan. Na kan door de insecten kruis- en zclfbestuiving plaats hebben. Fiij het verwelken sluit zich de bloem, zoodat nu door aanraking van de helmknopjes met den stempel spontane zelfbestuiving kan geschieden. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in Midden- en Zui
. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 10. LILIACEAE. â 265 Biologische bijzonderheden. De schuin of horizontaal staande bloemen spreiden zich wijd uit. Zij zijn onvolkomen protero^ynisch. De met «rijs stuifmeel bedekte helmknopjes staan met den Kcüjktijdi),' ontwikkelden stempel op dezelfde hoogte, maar ver er van daan. Na kan door de insecten kruis- en zclfbestuiving plaats hebben. Fiij het verwelken sluit zich de bloem, zoodat nu door aanraking van de helmknopjes met den stempel spontane zelfbestuiving kan geschieden. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in Midden- en Zuid-Europa voor. Bij komt zij als sierplant voor en is op enkele plaatsen, op Walcheren, bij den Haag en Haarlem verwilderd gevonden. Volksnamen. In Friesland noemt men de plant nagelhyacint, in Noord-Overijsel zeeui, in de Duinstreek en op Walcheren sterhyacint, in Noord-Limburg en op Walcheren sterretjes. S. sibirica ') Andrews. Siberische sterhyacint. Bij deze soort is de bol bijna bolrond, tot 2 cM dik. De stengel is samengedrukt, aan de eene zijde vlak, aan de andere gewelfd. Bladen zijn er meest 2-4, zij zijn levendig groen, breed lijnvormig, tot meer dan 1 cM breed, aan den kapvormig samengetrokken top wat spits. Zij zijn meest korter dan de stengel. De bloeiwijze is 1-3-bloemig met kleine schutblaadjes. De bloemstelen zijn kort, staan wijd uit of zijn knikkend. Het bloemdek is iets klokvormig en bestaat uit levendig blauwe, tot bijna 1,5 cM lange, 4 mM breede bloemdekbladen. De meeldraden zijn omstreeks half zoo lang als de bloemdekbladen. Het vruchtbeginsel bevat in ieder hokje 8-10 eitjes. 'A-. 1-2 dM. Maart, April. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in Midden- en Zuid-Rusland in het wild voor. Bij ons wordt zij veel als sierplant gekweekt en is bij Haarlem verwilderd gevonden. 6. Eiidy'mion -) Dum. E. nijtans') Oum. (E. non scripta-') Grcke.). Wilde hyacint (tig. 174). Deze plant is onbehaard en heeft een eironden, meest 1 cM breeden bol met z
Size: 1375px × 1818px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants