. Album der Natuur. 188 LAGERE ZWAMMEN EN entegen van ontbinding en verraolming (Verwesung, Vermoderung), be- werken de splijtzwammen de eigenlijke rotting. Zij zetten de eiwit- stoffen in talrijke verbindingen (leucine, tyrosine, vluchtige vetzuren, amineverbindingen, zwavelwaterstof, koolzuur), en het ureum, onder opne- mingvan water, in ammoniak en kool- °° zuur om. Suiker zetten zij om in melk- zuur, dit in boterzuur, — of zij ver- anderen de suiker in een gomachtig slijm, de oorzaak van het zooge- naamde "lang" worden van den wijn. Zij veranderen glycerine in b


. Album der Natuur. 188 LAGERE ZWAMMEN EN entegen van ontbinding en verraolming (Verwesung, Vermoderung), be- werken de splijtzwammen de eigenlijke rotting. Zij zetten de eiwit- stoffen in talrijke verbindingen (leucine, tyrosine, vluchtige vetzuren, amineverbindingen, zwavelwaterstof, koolzuur), en het ureum, onder opne- mingvan water, in ammoniak en kool- °° zuur om. Suiker zetten zij om in melk- zuur, dit in boterzuur, — of zij ver- anderen de suiker in een gomachtig slijm, de oorzaak van het zooge- naamde "lang" worden van den wijn. Zij veranderen glycerine in butyl- alkohol, boterzuur enz., en boven- dien kunnen onder haren invloed nog Verschilleude vormen van splijtzwammen of ^g^igerlei bittere, Scherpe en wal- gingwekkende stoffen ontstaan. Zij ontkleuren sommige kleurstoffen, doch vormen ook kleurende verbin- dingen, b. V. in zetmeelhoudende voedingsmiddelen. * Eindelijk kunnen zij ook, evenals de stuifzwammen, wijngeest tot azijnzuur oxydeeren. Evenals de stuifzwammen, scheiden voorts de splijtzwammen opge- loste stoffen af, die als "fermenten" bekend zijn. Het ferment der splijt- zwammen zet de niet voor gisting vatbare rietsuiker in druivensuiker en vruchtsuiker, — zetmeel en cellulose in druivensuiker om, en lost gestremd eiwit en andere onoplosbare albuminaten op. Op die wijze kan door de werking van splijtzwammen melk de wijngisting onder- gaan ihumis), hout rotten , vochtig brood door melkzuurvorming zuur worden, onoplosbare eiwitstoffen tot amoniakale rotting overgaan. Op de vraag: of de schimmel-, stuif- en splijtzwammen wellicht door teeltwisseling ontstaande generatievormen van ééne en dezelfde zwam zijn % meent NaoELi ontkennend te moeten antwoorden. Maar tevens Bacteriën, bij zeer sterke vergrooting {^^^^!{). 1. Sarcine, 2. Bacterium, 3. Vibrio, 4. Spirillum. * NaGELi zegt, in bloedrood gekleurde gekookte rijst en vochtig brood eene ontleding door rottingsgist te hebben aangetoond. De bekende bloedr


Size: 1711px × 1460px
Photo credit: © Library Book Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bhlconsortium, boo, bookcollectionbiodiversity, bookleafnumber224