. De flora van Nederland. Plants. 258 CRUCIFERAE. — FAMILIE 39. «f Barb£irea intermedia Fi£f. 295. met zijblaadjes en kleiner, min of meer .sjewimperd topblaadje. De stengel- bladen zijn vindeelig of diep vinspletig met lijnvormige, gaafrandige zijslippen en een grootere eindslip. De bloemen zijn geel en staan in trossen. De vruchttrossen zijn dicht. De hauwen zijn smaller dan bij de vorige soort en staan meer af, zij zijn 2 a 3 cM lang en kortgesnaveld (fig. 295). 3-6 dM. : O. April—Juni. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt op braak- en bouwland en aan wegen in M


. De flora van Nederland. Plants. 258 CRUCIFERAE. — FAMILIE 39. «f Barb£irea intermedia Fi£f. 295. met zijblaadjes en kleiner, min of meer .sjewimperd topblaadje. De stengel- bladen zijn vindeelig of diep vinspletig met lijnvormige, gaafrandige zijslippen en een grootere eindslip. De bloemen zijn geel en staan in trossen. De vruchttrossen zijn dicht. De hauwen zijn smaller dan bij de vorige soort en staan meer af, zij zijn 2 a 3 cM lang en kortgesnaveld (fig. 295). 3-6 dM. : O. April—Juni. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt op braak- en bouwland en aan wegen in Midden- en Zuid- Europa voor en is bij ons alleen als aangevoerd waargenomen op een klaverveld bij Apeldoorn (1872-1878) en op een paar plaatsen bij Amsterdam en bij Rotterdam. 4. Turritis V Dill. T. glabra) L. Torenkruid (fig. 296). Uit den dunnen penwortel komt een stijf recht- opstaande stengel, die meestal niet vertakt is en beneden door vertakte haren ruw^, doch boven kaal, berijpt is. De onderste bladen staan in een worteiroset, zijn bochtig getand, naar den voet versmald, stomp, ruw behaard door 3-takkige haren. Zij ontbreken tijdens den bloeitijd vaak. De stengelbladen zijn onbehaard, blauwgroen, zij omvatten met diep hart- pijlvormigen voet den stengel, zijn eirond-lancetvormig, spits en gaafrandig. De bloemen staan in dichte trossen, zijn geelachtig wit en klein. De kelkbladen zijn onderling gelijk, iets gekleurd, even lang als de bloemsteel. De kroonbladen zijn lancelvormig, stomp, langer dan de kelk. De vruchttrossen zijn zeer lang en smal. De hauwen staan rechtop op rechtopstaande stelen, zij liggen tegen den stengel, zijn 5—6 cM lang, samengedrukt, bultig (fig. 296). De zaden liggen in 2 rijen en zijn niet gevleugeld. 5-12 dM. ©O. (Mei) Juni, Juli, zelden in den Herfst. Biologische bijzonderheden. De honigkliertjes zijn in de bloemen, ais bij Barbarea geplaatst. De helmknopjes springen naar binnen open; die der langere meeldraden liggen met hun onderste d


Size: 1431px × 1746px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants