. Spiegel van het menselyk bedryf: vertoonende honderd verscheiden ambachten, konstig afgebeeld en met godlyke spreuken en stichtelyke verzen verryke . Gedraaid, geflingerd, en geflaagen$Dat moet het draadjen al verdraagen, Maar t is het zelve nut en goed :Zo moet de ftryd en h kruis den vroomeri $Door Gods beftier ten befte komen, Tot een gedwee en zacht gemoed. C z Eze= .i 28 Spiegel van het Ezechiel XXVII: 16. Syrien dreef koophandeLmet u, van wegen deveelheid uwer werken: met fmaragden, purper,en geftikt werk, en zyde, en ramoth, en cadkod,handelden zy op uwe merkten. Luk a s XVII: 16. En
. Spiegel van het menselyk bedryf: vertoonende honderd verscheiden ambachten, konstig afgebeeld en met godlyke spreuken en stichtelyke verzen verryke . Gedraaid, geflingerd, en geflaagen$Dat moet het draadjen al verdraagen, Maar t is het zelve nut en goed :Zo moet de ftryd en h kruis den vroomeri $Door Gods beftier ten befte komen, Tot een gedwee en zacht gemoed. C z Eze= .i 28 Spiegel van het Ezechiel XXVII: 16. Syrien dreef koophandeLmet u, van wegen deveelheid uwer werken: met fmaragden, purper,en geftikt werk, en zyde, en ramoth, en cadkod,handelden zy op uwe merkten. Luk a s XVII: 16. En daar was een zeker ryk mens, en was ge-kleed met purper en zeer fyn lynwaat, leevendealle dagen vrolykenprachtig. Men Menselyk Bedrvp. 19De ZYREEDER. Men zoek en draag Dat God Al was het bovenkleed fatyn,En t onderkleed van oude lappen, Het voor elk verachtlyk zyn :Dec fpoor van deugd niet in gaat Happen,% Al blonk het lichaam van fiéraad, De ziel is voddig inder daad. C 3 Je- Spiegel van het J ez ai as I: 16, 17,18. w aft u, reinigt u, doet de boosheid üwerhandelingen van voor myne oogen weg, laat afyan kwaad te doen. Leert goed doen, zoekt het recht, helpt denverdrukten: doet den weezen recht, handelt detwiftzaak der weduwen. Komt dan, en laat ons tzaamen rechten,zegt deHe ere: al waaren uwe zonden als fcharlaken,Zy zullen wit worden als fneeu w,al waaren zy roodals karmozyn, zy zullen worden als £ witte] wol. I KORINTHEN VI: II. En dit waart gy zommige, maar gy zyt afge-waflèn, maar gy zyt geheiligd, maar gy zyt ge-rechtvaardigd in den naam des Heeren Jezus, endoor den geeft onzes Gods Titus III: 4, f. Maar wanneer de goedertierenheid Gods onzesZahgmaakers, en zy ne liefde tot de menfchen, ver-»fcheenen is, Heeft hy ons zalig gemaakt, niet uit
Size: 1567px × 1595px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., boo, bookauthorluikencaspar16721708, bookauthorluikenjan16491712
