. Tafereel van overdeftige zinnebeelden, gemaelt naer de deuchden, ondeuchden, gemoetsdriften der menschen, straffen Godts, en zegeningen . »i. Welgelukzalig is hy die zich verflande-lyk draegt omtrent den elendigen (dat is die barmhartig is) want de Heer zal hem be-•vryden ten dage des quaets. Zoo ook in het 5. en 4. vers, en in den nz. Pfalm,vers f-p. Deze barmhartigheit zal hem ook gefchieden naer het lichaem, met zoodanig eenin zyn nooden te hulpc te komen, en dat in alle tydelyke opdagende wiflelingen:maer deze barmhartigheit heeft ook die genadeloon, dat zy hier namaels zal ontr-fangen w


. Tafereel van overdeftige zinnebeelden, gemaelt naer de deuchden, ondeuchden, gemoetsdriften der menschen, straffen Godts, en zegeningen . »i. Welgelukzalig is hy die zich verflande-lyk draegt omtrent den elendigen (dat is die barmhartig is) want de Heer zal hem be-•vryden ten dage des quaets. Zoo ook in het 5. en 4. vers, en in den nz. Pfalm,vers f-p. Deze barmhartigheit zal hem ook gefchieden naer het lichaem, met zoodanig eenin zyn nooden te hulpc te komen, en dat in alle tydelyke opdagende wiflelingen:maer deze barmhartigheit heeft ook die genadeloon, dat zy hier namaels zal ontr-fangen worden. IVant de Koningk zal tot de geenen zeggen dit aen zyn rechterkant zyn,komt gy gezegende des Faders, beer ft enz. Want ik ben hongerig geweeft, en gy hebt myIe eeten gegeven; ik ben dorftig geweejl, en gy hebt my te drinken gegeven, als een ver-toog van barmhartigheit. Daerom dan te recht palthet een onderdaen van Chriftus-Koningkryk barmhartig te zyn, en die wet van Chriftus op te volgen: Zyt bart»hartig, gelyk uw Fader die in den. hemel is barmhartig is. LXVIII. ZIN- Op de zesde Zaligfpreuk van Chriftus, by Matth. 5*. 4**. LXVIII. de zesde Zaligfpreuk,Zalig zyn de reinen van harten, want zy zullen Godt zien. E En Vrouw int wit gekleedt r dragende in de flinkerhant een witteHarmelyn, en in de rechter houdt zy een Hart dat zy met haertranen befproeit en nat maekt. In het verfchiet ziet men den hemelgeopent, waer uit de zonneftralen haer verlichten en omluifteren. „ De witte kleederen en Harmelyn, beduiden de reinheit en zuiverheit des harten,„ die een godtvruchtigen nodig is: waer van getoont is- dat de Harmyn een zin-nebeelt is. „ Hef Hart dat zy met tranen befproeit, beek af de onnozelheit en oprechtheitdes harten, en~ hoe een harte dat vuil en ontrouw is , moet beweent worden :maer ook hoe de tranen over den fnooden zielftaet dat harte wederom zuiveren3, van de befmetting des vleefehes en des geeftes. „ De geopende hemel en de omluiflering der


Size: 1410px × 1771px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookdecade1720, bookidtafereelvanoverd22, booksubjectemblembooks