. Dan. Heinsii Lof-Sanck Van Iesus Christus, den eenigen end eeuwigen Son Godes. Met noodelicke Vytleggingen aenvvÿsende den gront van het out Christelick geloof, in den selven vervat . en Sijt ghy nochtans by my. u kracht die komt tot hier. Het water is fecr groot, maer minder dan het raet kan ick gedoen om mijnen brandt te ftelpen,Dewijle gans de zee my niet en kan gehelpen ?Waer lal ick van u vlien? hoe kan ick fijn bevrijt?Dewijle ghy my brandt, oock daer ghy niet en fijt. Dominam non totam in imagine ejus pideo. VErmeten ftout pinceeh hoe hebt ghy derven nakenHet vier dat my verb


. Dan. Heinsii Lof-Sanck Van Iesus Christus, den eenigen end eeuwigen Son Godes. Met noodelicke Vytleggingen aenvvÿsende den gront van het out Christelick geloof, in den selven vervat . en Sijt ghy nochtans by my. u kracht die komt tot hier. Het water is fecr groot, maer minder dan het raet kan ick gedoen om mijnen brandt te ftelpen,Dewijle gans de zee my niet en kan gehelpen ?Waer lal ick van u vlien? hoe kan ick fijn bevrijt?Dewijle ghy my brandt, oock daer ghy niet en fijt. Dominam non totam in imagine ejus pideo. VErmeten ftout pinceeh hoe hebt ghy derven nakenHet vier dat my verbrandt, en met de handen makenDat goddelick geficht ? den hemel en wilt nietDat yemandt hem naer bootft, of zijne fchoonheyt is dat glat gelaet, dat my het hert doet breken,En dat fbo haeft verkeert ? waer is dat lieflick fpreken ?Waer is den föeten lach ? waer is den trotlèn ganck ?Die lufticheyt van geeft ? de dertelheyt ? den fanck ? Die blijt(chap van gemoet? dat anders doen en dencken ? De forake van de oog ? die heymelicke wencken ? Da Het 28 DANIELIS HEINSII Het minfte fie ick hier. ick foecke noch het laet het lichaem ftaen, offchildertoock den , • Tout amant eflropiat. T TT Tle dat de beul verminckt,die moet hy weer genelèn,\f \/ Want als het lichaem is getrockenuyt het let, Die wilt geholpen fijn, die moet te vredenwefèn. Tot dat hy wederom elck in zij n plaetfè fê gaet oock lbo met u, ghy die verminckt van finnen,Ontledet van verftandt, vol droefheyt ende pijn,Gaet fiichten lönder hulp geraebraeckt van het hulpe van den beal. dat is de medecij n. Elegie, Doorluchtige Princes van Neerlandtsrijcke fteden,En laet u niet voorftaen dat ick u kom betredenOm u vermaert gebou, dat heerelick cieraetDat tot den hemel toe ichier opgetrocken om u tocrens hoog, noch om u groote om u ftraeten breet, noch om u oude wercken,Noch om dat Phoebus felf de vader van t verftantEn Pallas haeren ftoelheeft binnen


Size: 1915px × 1305px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorheinsius, bookcentury1600, bookdecade1610, bookyear1616